Behandelingen met verdoving
Door de moderne tandtechnieken en medicatie hoeft een bezoek aan uw tandarts/mondhygiënist niet (meer) vervelend of pijnlijk te zijn. Er zijn verschillende middelen om uw bezoek op een ontspannen, comfortabele manier te laten verlopen.
Hoe werkt een verdoving?
Om een gedeelte in uw mond te verdoven, kan eerst een oppervlakte verdoving worden toegepast. In dit geval wordt het slijmvlies verdoofd zodat u minder voelt van de insteek van de naald. Een oppervlakte verdoving wordt ook wel gebruikt om pijnlijke mondzweren te verzachten.
Om een bepaald gedeelte in uw mond tijdens de behandeling te verdoven, wordt een injectienaald met daarin een vloeistof gebruikt. Deze vloeistof heeft een vaatvernauwende en zenuwblokkerende werking. Deze verdoving kan worden gebruikt bij bijvoorbeeld het vullen van tanden en kiezen, het prepareren van tanden voor de toepassing van een kroon of de behandeling van ontstoken tandvlees. Door de verdoving kunnen uw tong en lippen dik en tintelig aanvoelen. Dit verdwijnt als de verdoving is uitgewerkt. Meestal is dat na één tot enkele uren.
Wie mag een verdoving geven?
De tandarts is de enige die een zelfstandige bevoegdheid heeft om een verdoving toe te dienen. Hij kan deze taak echter wel delegeren aan een tandarts- of preventieassistent. Een mondhygiënist mag de verdoving zelfstandig toedienen, bij de tandarts- of preventieassistent dient de tandarts in de praktijk aanwezig te zijn.
Welk verdovingsmiddel wordt er gebruikt?
Uw behandelaar kiest het voor u meest geschikte verdovingsmiddel en zal die keuze zonodig ook toelichten. U kunt altijd om een toelichting vragen. De leeftijd, de medische situatie en de voorgenomen behandeling kunnen van invloed zijn op de keuze van uw behandelaar.
De gebruikte materialen zijn:
- Zalf en spray: lidocaïne
- Injectievloeistof: standaard: articaïne 4% - adrenaline 1:200.000 of 1:100.000.
- Bij ernstige hartaandoeningen en indien allergisch voor articaïne (hetgeen vrijwel nooit voorkomt): octapressine 3% zonder adrenaline
Is de lokale verdoving altijd veilig?
Elke medische en tandheelkundige ingreep heeft een risico en dat geldt ook voor lokale verdoving in de tandartspraktijk. De kans dat er bij het toepassen van lokale verdoving bijwerkingen optreden is uiterst klein. Wanneer er al bijzonderheden optreden dan neemt uw behandelaar passende maatregelen en worden de bijzonderheden vastgelegd in uw patiëntendossier.
Wat kunt u zelf doen?
Uw behandelaar zal wijzigingen in uw gezondheid en uw medicijngebruik periodiek met u bespreken. De daarbij gesignaleerde veranderingen worden daarbij genoteerd. Van u wordt verwacht dat deze veranderingen correct worden gemeld. Daarbij hoort ook het melden van zwangerschap, hoewel zwangerschap niet in alle gevallen een reden is om af te zien van het geven van een noodzakelijke lokale verdoving.